Evert van Kooten Niekerk

"Van alle wijzen om een gezicht af te beelden -tekenen, beeldhouwen, schilderen, fotograferen, etc.- is boetseren wellicht de meest natuurlijke wijze. Boetseren doet namelijk volledig recht aan de plasticiteit en ruimtelijkheid van het menselijk gelaat. Tijdens het scheppingsproces poogt de kunstenaar de geleidelijke, zich over een heel leven voltrekkende, doorleving van een gezicht te reproduceren.
“Evert slaagt er bijzonder goed in om al knedend, door het aanbrengen van een beperkt aantal karakteristieken, -de contouren van een gezicht, een mond, een neus- een herkenbaar beeld te laten ontstaan van een componist, een denker, een dichter. Ik zie de getormenteerde onzekerheid van Bruckner in zijn diepliggende ogen en wijkende mond; de holle blik van Nietzsche op de rand van krankzinnigheid; de gepatineerde kop van Hugo Claus, ongenaakbaar als een Romeinse keizer; de ijle intellectualiteit van Virginia Woolf in de bleke oogopslag en kleine mond boven haar lange hals; de verwoesting van Dylan Thomas: halfdood en gebarsten staart hij ons ontredderd aan, alsof hij van binnenuit is geboetseerd.
En zo toont iedere buste een indringende biografie." Stef van Wees.